1. Verzamelen van bedrijfsspecifieke informatie
De blootstelling aan wormen en de aanbevolen bestrijdingsstrategieën zijn afhankelijk van het weidebeheer en de ontwormingsgeschiedenis van de veestapel. Aan de hand vaneen aantal basisvragen, berekent Wormwize® een algemene risicoscore en stemt het controleadvies af op de bedrijfsspecifieke situatie.
2. Monstername en opsturen voor laboratoriumdiagnose
De blootstelling aan wormen wordt bepaald via laboratoriumdiagnose. Voor volwassen melkkoeien wordt het niveau van antilichamen tegen worminfecties beoordeeld in de tankmelk. Selecteer de beslagen die u in Wormwize® wilt monitoren, en het tankmelkmonster wordt in de juiste periode besteld voor analyse in het labo.
Bij het jongvee in het eerste weideseizoen worden de besmettingsniveaus gecontroleerd via de pepsinogeentest. Neem bloedmonsters (serum) van (ten minste) 6 dieren tegen het einde van het weideseizoen en uiterlijk twee weken na opstallen in de herfst. De monsters worden onder de code "Wormwize" naar het diagnostisch labo gestuurd.
3. Maak het Wormwize rapport
Laboresultaten worden voor u geüploadet en opgeslagen in Wormwize®. U begint met het opbouwen van de bedrijfsspecifieke tijdlijn van infectieniveaus door de jaren heen.
Wormwize® maakt een rapport met alle informatie en stuurt het naar uw veehouder. Via een extra tekstvak kunt u uw eigen aanbevelingen aan het rapport toevoegen.